Milieueffecten van offshore windparken in de Noordzee
Sinds 2008 wordt de impact van offshore windmolens op het mariene ecosysteem grondig bestudeerd en geëvalueerd in het kader van WinMon.BE, het Belgische programma voor milieumonitoring van offshore windparken.
Begin februari verscheen een rapport waarin de jaarlijkse resultaten van dit monitoringsprogramma openbaar werden gemaakt. Enkele belangrijke / opvallende bevindingen zijn:
- Zowel harde substraten in de onmiddellijke nabijheid van windturbines als de zachte sedimenten tussen de turbines worden gekoloniseerd door mariene organismen;
- De schelpen van mosselen zijn een aantrekkelijke habitat voor andere koloniserende organismen, en dragen op die manier bij tot een verhoging van de soortenrijkdom;
- Mitigerende maatregelen voor onderwatergeluid tijdens het heien van funderingen zorgen ervoor dat minder bruinvissen de windmolenparken ontvluchten;
- Er zijn diverse redenen waarom zeevogels windparken al dan niet mijden, zoals visuele verstoring en de aanwezigheid van rust- en foerageer-mogelijkheden;
- De turbines tijdelijk stilzetten wanneer op rotorhoogte een hoge trekintensiteit wordt vastgesteld, helpt om te vermijden dat vogels op turbines botsen.
Consortium
Het monitoringsprogramma WinMon.BE is een samenwerking tussen het Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen (KBIN), het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek (INBO), het Instituut voor Landbouw-, Visserij- en Voedingsonderzoek (ILVO) en de Onderzoeksgroep Mariene Biologie van de Universiteit Gent. De coördinator is het Marine Ecology and Management Team (MARECO) van het Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen.