Mariparks in de kijker tijdens workshop rond multi-use op zee in Venetië
De workshop werd georganiseerd door Blauwe Cluster in samenwerking met ORG Permanent Modernity, en was de eerste in een reeks toekomstgerichte scenario-oefeningen. Deze sessies zijn bedoeld om veerkrachtige, multifunctionele mariene knooppunten vorm te geven die innovatie stimuleren en bijdragen aan doelstellingen op het vlak van biodiversiteit, energie, voedsel en veiligheid.
Strategische EU-stimulans voor meervoudig ruimtegebruik
De sessie werd geopend door Céline Frank van de Europese Commissie – DG MARE, die het strategische belang van meervoudig gebruik binnen het Europese mariene beleid benadrukte. In de bredere EU-doelstellingen voor een duurzame blauwe economie, is multi-use niet langer optioneel maar noodzakelijk waar mogelijk gezien de ruimtedruk op zee.
Frank wees op de rol van slimme systemen en automatisering als natuurlijke bondgenoten in deze ontwikkeling, en benadrukte dat wat in deze workshops besproken wordt, vooruitloopt op wat er op land momenteel mogelijk is.
We zullen samenwerken met lidstaten om multi-use te implementeren waar de beschikbare ruimte schaars is. Dit is niet alleen een innovatievraagstuk, maar ook een beleidskwestie.

Céline Frank
Belangrijkste inzichten uit de Venetiaanse "werkbank"
Mariparken werden niet voorgesteld als een vaststaand concept, maar als een flexibele planningsaanpak: een manier om meerdere functies op zee te bundelen binnen één goed georganiseerde zone. Denk daarbij aan hernieuwbare energie (zoals wind, drijvende zonne-energie en getijden), aquacultuur, defensie-infrastructuur en natuurinclusief design (NID), ondersteund door slimme technologieën. Ook sociale uitdagingen en actieve betrokkenheid van stakeholders maken integraal deel uit van deze benadering.
De deelnemers verkenden verschillende mogelijke beweegredenen voor de ontwikkeling van Mariparken, en werden aangemoedigd om kritisch na te denken over hun relevantie:
- De ruimte op zee is schaars, maar het is belangrijk om de urgentie en schaal van het vraagstuk in de juiste context te plaatsen. Niet alle gebieden staan immers onder dezelfde druk.
- De eiwittransitie en voedselzekerheid blijven relevante drijfveren, vooral in een geopolitiek landschap waarin conflicten het belang van lokale productie benadrukken. Toch ontbreekt er nog steeds overtuigend bewijs voor een solide businesscase voor mariene eiwitten.
- Energiediversificatie is essentieel, zeker in tijden van wereldwijde onzekerheid. Offshore gebieden kunnen hierin een sleutelrol spelen door bij te dragen aan de veerkracht van het energiesysteem.
- Natuurherstel en natuurcreatie zijn verschillende doelstellingen en verdienen elk een eigen benadering in ontwerp- en planprocessen. Mariparken kunnen hierin een waardevolle rol spelen door voedsel- en broedgebieden te bieden en als stepping stones te functioneren die de ecologische samenhang versterken.
- Een verschuiving naar slimme aquacultuur is noodzakelijk om integratie en opschaling binnen Mariparken mogelijk te maken. Tegelijkertijd zijn minder intensieve vormen, zoals zee-ranching, nu al haalbaar en op korte termijn dringend nodig.
Conclusies van het panelgesprek
Het panel bestond uit vertegenwoordigers van Parkwind, Greentide, Capgemini Invent, Shells & Valves en Oceans of Energy. Er volgde een levendige discussie over haalbaarheid, beleidsmatige afstemming en technologische gereedheid.
- Jochem Vermeir (Parkwind) benadrukte dat integratie al in de ontwerpfase moet beginnen. Oplossingen zoals kabelpooling en gedeelde infrastructuur werken alleen als ze vanaf het begin worden meegenomen in de planning.
- Kristof Verlinden (Parkwind) wees erop dat het belangrijk is om militaire stakeholders vroegtijd te betrekken. Dit helpt niet alleen om latere conflicten te voorkomen, maar ook om synergieën te realiseren, zoals gedeelde sensoren en monitoringssystemen. “Aanwezig zijn op zee is de beste bescherming,” stelde hij, waarmee hij suggereerde dat Mariparken ook kunnen bijdragen aan betere maritieme beveiliging en defensie.
- Nancy Nevejan (Shells & Valves) wees op het directe potentieel van laag-intensieve aquacultuur, zoals zee-ranching en natuurinclusieve ontwerpen die wilde populaties ondersteunen. Hoewel deze methoden mogelijk een lagere opbrengst opleveren, bieden ze ecologische voordelen en minder operationele risico’s. Ze pleitte voor meervoudig gebruik van zeegebieden, met zones voor foerageren en broeden, en benadrukte de noodzaak van slimme aquacultuursystemen als drijvende kracht voor innovatie.
- Alexander Jordaens nam een meer sceptische houding aan en stelde de vraag of er tegen 2030 of 2050 wel voldoende vraag zal zijn naar commerciële mossel- of oesterteelt. Zonder een duidelijke businesscase of betalingsbereidheid voor premiumproducten zijn offshore platforms, zeker ver van de kust, moeilijk te verantwoorden. Hij merkte op dat offshore teelt niet alleen de biomassa zou kunnen verdubbelen, maar waarschijnlijk ook de kosten. Toch zag hij kansen voor laag-intensieve aquacultuur en natuurherstel binnen meervoudig ruimtegebruik.
- Tom van den Nieuwenhuijzen (Capgemini Invent) deelde ervaringen uit Nederland, waarbij de samenwerking tussen verschillende departementen (voedsel, ecologie, defensie, kustbescherming en energie) na negen maanden van dialoog tot een gemeenschappelijke visie geleid heeft. Hij pleitte voor een marktgedreven aanpak, ondersteund door praktische instrumenten zoals financieringsmechanismen, verzekeringskaders en samenhangend beleid.
- Vanuit het publiek werd ook het concept van een ‘gebiedspaspoort’ aangehaald. Dit was een eerste poging om operationele zones voor meervoudig ruimtegebruik in Nederland mogelijk te maken. Hoewel dit concept nog niet op grote schaal werd toegepast, is het een waardevol experiment voor innovatie en aanpassingen van het beleid. De ervaringen met dit concept kunnen de basis vormen voor toekomstige pilots en opschaling.

Vooruitblik
Deze eerste werkbanksessie in Venetië vormt het startpunt voor verdere scenario-ontwikkeling en haalbaarheidsmodellen. Het doel daarbij is realistische, schaalbare Maripark-configuraties te ontwikkelen waarin ecologische ambities en economische belangen hand in hand gaan
Hartelijk bedankt aan alle experts:
- Kristof Verlinden (Parkwind);
- Alexander Jordaens (Greentide);
- Jochem Vermeir (Parkwind);
- Nancy Nevejan (Shells & Valves); en
- Tom van den Nieuwenhuijzen (Capgemini Invent).
Met de juiste instrumenten, samenwerking en visie kunnen Mariparks bijdragen aan een duurzame en inclusieve blauwe economie waarin natuur, economie en veiligheid elkaar versterken.
Het NESB-project
Het NESBp-project brengt Europese partners samen om de maritieme ruimtelijke planning in de Noordzee en Oostzee te harmoniseren. Het project bevordert duurzaam, ecosysteemgericht beheer via grensoverschrijdende samenwerking en gedeeld gebruik van data. Het doel is om de coördinatie te verbeteren en praktische oplossingen te ontwikkelen voor het gebruik van zeegebieden. NESBp loopt van eind 2024 tot medio 2027.